Profielen
Vanaf het derde leerjaar volgen leerlingen naast vier algemene vakken een beroepsgericht programma. De leerling kan kiezen uit de volgende profielen:
Techniek: Produceren, Installeren en Energie (PIE)
De opleiding PIE geeft een brede technische ondergrond. Je maakt kennis met de basisvaardigheden uit de elektro-, metaal- en installatietechniek. Je leert bijvoorbeeld lassen, draaien, plaatwerken en elektrotechnische installaties aanleggen, maar ook CAD-tekenen, programmeren en een meesterstuk ontwerpen. Je krijgt praktijk en theorie en soms heeft de leerling een opdracht bij een bedrijf. Met dit profiel kun je veel kanten op en je hebt een goede kans op de arbeidsmarkt. Je kunt bijvoorbeeld monteur, constructiewerker, lasser, tekenaar-constructeur of draaier worden.
Techniek: Bouwen, Wonen en Interieur (BWI)
De opleiding BWI legt de basis voor goed vakmanschap. Denk hierbij aan banktimmeren, metselen en vaktekenen. Tijdens de opleiding krijg je praktijk, theorie en tekenen. Je werkt niet alleen met je handen, maar je kunt ook kiezen voor de creatieve kant van design of de zakelijke kant van zelfstandig ondernemer. Later kun je aan de slag als bijvoorbeeld timmerman, metselaar, meubelmaker, schilder of medewerker in de infrastructuur.
Zorg en Welzijn
Vind je het leuk om met mensen om te gaan en voor anderen te zorgen? In het profiel Zorg en Welzijn maak je kennis met de wereld van de zorg. Goed kunnen luisteren, geduld, samenwerken en doorzettingsvermogen zijn vaardigheden die je verder ontwikkelt. Je wordt voorbereid op beroepsopleidingen die verschillende aspecten van verzorging omvatten. Een greep uit de onderwerpen: kinder- en jeugdzorg, ouderenzorg, voeding, facilitaire dienstverlening, gezondheid en ziekte, welzijn, milieubewust gedrag. Daarnaast is er de keuze om je o.a. te richten op uiterlijke verzorging, huisarts-, tandarts-, apothekersassistent, facilitaire dienstverlening, welzijn en sport en bewegen.
Economie en Ondernemen
In dit profiel verdiep je je in geld- en goederenstromen en de administratie daarvan. Je leert alles over boekhouden, kassawerkzaamheden, een presentatie geven, gesprekken voeren en hoe het is om een eigen bedrijf te runnen. Later kun je in een administratief beroep gaan werken bijvoorbeeld bij een bank of in een hotel, maar je kunt ook terecht komen in een winkel of de modebranche.
Stage
Stage is een goede manier om te ervaren hoe het er in de praktijk aan toegaat. In het derde en vierde leerjaar gaan leerlingen van vmbo-basis en -kader stagelopen bij bedrijven en organisaties die passen bij hun profiel. In leerjaar 3 lopen leerlingen twee weken stage. In leerjaar 4 lopen ze twee keer een periode van tien weken op dinsdag stage. De leerlingen gaan in totaal drie keer op stage bij drie verschillende bedrijven en organisaties.
Iedere leerling heeft een stagebegeleider. De stagebegeleider is verantwoordelijk voor de organisatie en de begeleiding. Bij de stage gaat het om de volgende doelen:
- Leerlingen oefenen bepaalde examenonderdelen in een realistische beroepsomgeving;
- Leerlingen ontdekken of de gekozen richting een geschikte basis is voor een vervolgstudie of uit te oefenen beroep;
- Leerlingen leren organiseren, samenwerken, uitvoeren en communiceren.
Vervroegd examen
In leerjaar 3 kunnen leerlingen van vmbo-basis en -kader vervroegd examen doen voor de vakken Nederlands, Engels of wiskunde. Dit geeft meer tijd en ruimte in leerjaar 4 om aan de andere vakken te werken.