Boom
In de buurt van mijn huis in Utrecht stond een prachtige, statige beukenboom van 170 jaar oud, een herkenningspunt in de wijk. Afgelopen zomer kwamen er geen bladeren meer aan de takken, de beuk was aan het doodgaan. Er werd een hek omheen gezet en op dat hek kwamen vele steunbetuigingen voor de oude boom. Blijkbaar waren vele mensen gehecht aan hem geraakt. Voordat hij definitief omging was er zelfs een afscheidsbijeenkomst bij de beukenboom waarbij mensen een herinnering of foto konden meenemen. Dit klinkt voor buitenstaanders wellicht zweverig of overdreven, maar toch durf ik te beweren dat de boom bewust of onbewust een grote rol speelt in het leven van ieder mens.
De boom als rustpunt, de boom als herkenningspunt, de boom om in te klimmen, om tegenaan te leunen, om onder te schuilen, de boom als CO2-opslag.
De boom is vooral de laatste tijd regelmatig in het nieuws door de klimaatdiscussies. Moeten we bomen planten of kappen? Kunnen we onze vliegreis compenseren door bomen te planten, bouwen we huizen van hout en wat betekent dat voor de natuur en voor ons?
De boom zet ons aan het denken. Marc Tritsman schreef er een mooi gedicht over.
Boom
zo’n kalme gedachte
te mogen blijven staan
waar ik ben begonnen
nooit mijn geboortegrond
te moeten achterlaten
de aarde waarin ik wortel
kent mij door en door
ik hoef niet te zoeken
naar voedsel of water
zelfs wijsheid en liefde
weten mij te vinden hier
waar de wind zijn oude
lied voor me zingt terwijl elke
lente de vogels weer komen
wonen in mijn kruin en zie
hoe het mij lukt om de hemel
met de aarde te verbinden
tot ik trots en staande sterf.
Rieneke Brouwer, Conrector AH